Vijgenskeletteermot bestrijden, herkennen en voorkomen

De vijgenskeletteermot (Choreutis nemorana) is een kleine mot die je kunt herkennen aan enkele opvallende kenmerken. De mot heeft een vleugelspanwijdte van ongeveer 10 tot 15 millimeter en zijn voorvleugels zijn bruin met een opvallend patroon van witte en donkerbruine strepen en vlekken. De achtervleugels zijn meestal lichter van kleur en minder opvallend.

De rups van de vijgenskeletteermot, die schadelijk is voor vijgenbomen, is groen met gele strepen en kleine, zwarte puntjes langs het lichaam. Deze rups spint vaak bladeren samen met zijdeachtige draden, wat kan helpen bij de identificatie van de aanwezigheid van de mot.

De rupsen van de vijgenskeletteermot schrapen van de bovenkant van de bladeren. Hierdoor onstaat er een doorzichtig 'skelet' van de bladeren: de nerven van het blad. De vijgen zelf worden gelukkig niet aangetast.

De rupsen verstoppen zich onder webjes. De zwarte puntjes in de webjes zijn eitjes, waar rupsen uit kruipen. Advies is om het spinsel zo veel mogelijk weg te halen, voordat de rupsen uitkomen.

De rupsen van de vijgenskeletteermot kunnen milieuvriendelijk worden bestreden met Felti of Carpo aaltjes. Aaltjes, ofwel nematoden, zijn microscopische organismen die parasiteren op de rupsen van de vijgenskeletteermot. Deze aaltjes dringen de rupsen binnen, waar ze zich voeden en de rupsen van binnenuit doden.

De aaltjes kunnen opgelost worden in water en over de boom gesproeid worden. Doel is om daarbij zo veel mogelijk rupsen of spinsel te raken.

Sinds de soort zich in Nederland heeft gevestigd, zie je steeds meer motten en rupsen verschijnen. Dit komt omdat de vijgenskeletteermot niet veel natuurlijke vijanden heeft. Bovendien worden er steeds meer winterharde vijgenbomen geplant, waardoor de soort goed kan uitbreiden.

De vijgenskeletteermot kan aanzienlijke schade aanrichten aan vijgenbomen, maar met de juiste preventieve maatregelen kun je een infestatie voorkomen. Hier zijn 4 effectieve tips om je vijgenboom te beschermen tegen deze plaag.

Onderhoud gezonde vijgenbomen

Gezonde bomen zijn minder vatbaar voor plagen. Zorg ervoor dat je vijgenboom voldoende water en voedingsstoffen krijgt. Regelmatig snoeien verbetert de luchtcirculatie, wat plagen kan ontmoedigen.

Gebruik insectengaas

Insectengaas kan een fysieke barrière vormen die voorkomt dat volwassen vijgenskeletteermotten hun eieren op de bladeren van de vijgenboom leggen. Dit is vooral effectief in het vroege voorjaar wanneer de motten actief worden.

Verwijder aangetaste bladeren

Controleer je vijgenboom regelmatig en verwijder aangetaste bladeren die tekenen van de rupsen laten zien. Dit kan de verspreiding van de vijgenskeletteermot naar andere delen van de boom voorkomen.

Trek natuurlijke vijanden aan

Het stimuleren van natuurlijke vijanden zoals vogels in je tuin kan helpen de vijgenskeletteermot op natuurlijke wijze te bestrijden. Plaats vogelhuisjes en zorg voor een insectvriendelijke omgeving om deze nuttige dieren aan te trekken.

Vijgenskeletteermot bestrijden met azijn
Hoewel azijn op het eerste gezicht een natuurlijke en goedkope optie lijkt om de vijgenskeletteermot te bestrijden, brengt het risico’s met zich mee voor je planten. Azijn is namelijk een zuur dat niet alleen de rupsen, maar ook de vijgenboom zelf kan beschadigen. De hoge zuurgraad kan de bladeren van de vijgenboom doen verbranden, waardoor de plant verzwakt en vatbaarder wordt voor andere plagen en ziektes. Daarnaast is azijn niet krachtig genoeg om grote plagen effectief te bestrijden, en het doodt de motten of rupsen niet onmiddellijk. Biologische bestrijdingsmiddelen of het inzetten van natuurlijke vijanden zijn daarom vaak effectievere en veiligere alternatieven voor het gebruik van azijn.

Vijgenskeletteermot bestrijden met chemische middelen
Chemische insecticiden kunnen snel resultaat bieden bij het bestrijden van vijgenskeletteermotten, maar ze brengen aanzienlijke nadelen met zich mee. Chemische bestrijdingsmiddelen kunnen schadelijk zijn voor het milieu en nuttige insecten zoals bijen doden. Daarnaast kunnen ze residuen achterlaten die de plant en de bodem vervuilen. In tegenstelling tot duurzamere methoden, zoals het gebruik van aaltjes tegen rupsen, hebben chemische middelen vaak een negatieve impact op de biodiversiteit. Controleer daarom altijd de samenstelling van het product op giftige stoffen zoals pyrethrinen, deltamethrin of acetamiprid, en vermijd deze waar mogelijk.